Wat is de betekenis van Fijn?

2024-03-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

fijn

fijn - Bijvoeglijk naamwoord 1. van geringe dikte 2. nauwkeurig en klein 3. leuk. Synoniemen [1] dun, mager Antoniemen [1] dik [2] grof [3] stom, vervelend

2024-03-28
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

fijn

fijn - bijvoeglijk naamwoord 1. van kleine of dunne deeltjes ♢ je moet deze kaas fijnmalen 1. het fijne van de zaak wisten we niet [we wisten niet precies hoe het zat] 2. een fi...

2024-03-28
Woordenboek van populaire uitdrukkingen

Marc de Coster (1998)

Fijn

zie ook druif; fijne pik: 1 - als gemalen poppenstront,streng godsdienstig; zeer orthodox. Informele uitdr. Het WNT citeert De Gewaande Weuwenaar,een blijspel in drie delen (1709). ... je moest ze in de gaten houden, Nieuwendammers van de overkant van ’t IJ; zo fijn als gemalen poppestront, die zondags op hun klompen naar het zwartekousenkerkie kl...

Wil je toegang tot alle 18 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-03-28
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

fijn

I. Als bnw. 1. Van stoffen e.d.: doorzichtig. 2. Van pers.: slim, listig, sluw. II. Als bijw. 1. Erg, door en door; het is hier fijn koud. 2. Nauwelijks, pas; we waren nog maar fijn thuis, of de telefoon ging al. Afl./Sam.: fijnaard (Wdl.), slimmerd, slimmerik, sluwe vos; ook: fijnerik (Niet begrijpend wat zij...