Wat is de betekenis van FAS?

2024-04-19
WhatsApp woordenboek

redactie Ensie (2023)

FAS

Fast

2024-04-19
Seks & Drugs woordenboek

BNNVARA (2022)

Fas

FAS is de afkorting voor Foetaal Alcohol Syndroom. En dat kan een kind krijgen als de moeder drinkt tijdens de zwangerschap. Nou krijgt je kind het niet meteen na één drankje. Maar toch is dat ene wijntje al een slecht idee. En een avondje flink doorzuipen al helemaal. Waarom? Even doorlezen. FAS is de afkorting voor Foetaal Alcohol S...

2024-04-19
Financieel Woordenboek

Frits Conijn & R.M. van Poll (2003)

FAS

FAS - Afkorting voor Financial Accounting Standards. Deze standaarden omvatten regels voor financiële verslaggeving en worden erkend door autoriteiten als de SEC. Deze standaarden worden opgesteld door FASB.

2024-04-19
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Fas

(Lat.), in de uitdr. per fas et nefas, met geoorloofde en ongeoorloofde middelen, langs allerlei wegen.

2024-04-19
Woordenboek Nederlands -Latijn

Dr. J.F.L. Montijn (1949)

Fās

n. indecl. 1. eig., goddelijke uitspraak, goddelijk gebod, - recht, (tegenover ius, menselijke instellingen, menselijk recht). 2. overdr., heilige plicht, heilig recht, per omne fas et nefas alqm sequi, in alle goed en kwaad, Liv.; vand. fas est, het is plicht, - geoorloofd, - mogelijk, Cic. | noodlot; vand. fas est, ook = het is door het noodlot...

2024-04-19
Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

FAS

(van het Latijnse fari, spreken = wat geoorloofd is volgens de uitspraak van de góden, tegenover nefas = wat niet geoorloofd is). Al vroeg, en zeker sinds Cicero en Vergilius, betekent het echter ook: het goddelijk recht, dus het recht, dat van de goden uitgaat, naast en tegenover dat, wat door mensen is geschapen (ook ondersch...

2024-04-19
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

fas

[Lat.], in de uitdrukking: per — et nefas, met geoorloofde en ongeoorloofde middelen, langs allerlei wegen.

2024-04-19
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Fas

FAS, o. fas et nefas, recht en onrecht, rechtvaardige en onrechtvaardige middelen; — per fas et nefas, met recht en onrecht, door allerlei middelen, langs allerlei wegen.