Wat is de betekenis van Faliekant uitkomen (of uitloopen)?

2024-04-24
Nederlandse spreekwoorden

F.A. Stoett (1923-1925)

Faliekant uitkomen (of uitloopen)

D.i. verkeerd uitkomen, nl. van verwachtingen en berekeningen. Het znw. faliekant (van het fr. faille en ndl. kant), dat reeds in de middeleeuwen moet hebben bestaan, beteekent volgens Kiliaen: ‘angulus non aequalis, non quadratus aut rectus’, dus een niet rechte hoek, een scheeve kant. Vandaar dat wij ‘faliek...