Wat is de betekenis van faliekant?

2024-04-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

faliekant

faliekant - Bijvoeglijk naamwoord 1. uitermate verkeerd Dit is faliekant gelopen! 2. (versterkend bijwoord) geheel, totaal, volkomen, volledig, volslagen Ik ben daar faliekant tegen. Ben je het ermee eens of...

2024-04-25
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Faliekant

verkeerd; mis

2024-04-25
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Faliekant

geheel verkeerd

2024-04-25
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Faliekant

adj. & adv., faeljekant, mis, forkeard.

2024-04-25
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Faliekant

I. bn. bw., 1. bn., (w. g.) verkeerd, mis: het is faliekant; 2. bw., dat komt faliekant uit, dat loopt, komt verkeerd uit; ook als versterking bij verkeerd: dat is faliekant verkeerd; II. zn. m., (gew.) daar is geen faliekant bij, dat is in orde; zonder faliekantr zonder fout. [Het accent lag oorspr. op...

2024-04-25
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

faliekant

(falie v. Fr. faillir: verkeerd, mis, inz. met uitkomen): dat zal faliekant uitkomen.

2024-04-25
Vreemde woordenboek

S. van Praag (1937)

faliekant

mis. geheel verkeerd.

Wil je toegang tot alle 15 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

faliekant

(fali'kant) bn. en bw. [Fr. faillir < Lat. fallere, missen] mis, verkeerd : dat komt uit; het is -, het loopt mis.