Wat is de betekenis van engram?

engram - of geheugenspoor. De fysische voorstelling van een geheugen¬element in het zenuwstelsel, bijvoorbeeld een traject dat in een neuronencircuit moet afgelegd worden om een bepaalde informatie af te lezen. Engrammen zijn verspreid over het hele zenuwstelsel.

indruk als blijvende herinnering in het geheugen

1. iedere in het organisme teweeggebrachte verandering; 2. het geheugenbeeld dat van iedere waarneming gemaakt wordt en dat na kortere of langere tijd weer kan worden „herinnerd” als osrociar/e-materiaal voor ons denken; deze engrammen zijn een functie van de grote hersenen (chronogene localisatie).

(van Gr. engraphein, inschrijven) is bij de psycholoog Semon een bewustzijnsfeit, dat zich duurzaam en erfelijk in de hersenen prent.

wat i. d. hersenen achterblijft v. d. door het oog: opgenomen indrukken.

is een door R. Semon ingevoerde term. Wanneer een prikkel of een groep prikkels het organisme treft, dan brengt dit een zekere prikkelingstoestand teweeg waarop een bepaalde reactie volgt. Semon neemt nu aan, dat na afloop van de prikkeling een verandering in het organisme blijft bestaan, omdat het blijkt, dat later slechts een gedeelte van de oors...

(en'gram) o. (-men) [Gr. en, in + graphein, griffelen] indruk in de hersenmassa door een gewaarwording nagelaten.

(Gr. inkrassen of inkerven). Naam, door Semon in zijn geheugenleer (1908) gegeven aan de somatische geheugensporen als blijvende veranderingen die, oorspronkelijk in de organische substantie aangebracht, later bij eenen gedeeltelijken terugkeer der oorspronkelijke situatie wederom zoogenaamd geëkphoreerd worden, waardoor eene reproductie plaat...

vgl. Mneme; meerv. engrammata.