Wat is de betekenis van endogeen?

endogeen - Bijvoeglijk naamwoord 1. (medisch) van binnen uit Woordherkomst met het voorvoegsel endo- en met het achtervoegsel -geen Antoniemen exogeen

endogeen - Inwendig, van binnen uit. E. factoren moeten gezocht worden in de werking van het centraal zenuwstelsel en de productie van hormonen.

[v. Gr. endon = binnen; zie -geen] binnen ontstaand, binnenin groeiend, van binnenuit afkomstig; 1 (med.) niet door factoren van het milieu bepaald, maar door processen binnen in het organisme (bijv.: door constitutie of erfelijke aanleg); 2 (geol.): endogene krachten, krachten stamme...

van binnenuit ontstaand

Letterlijk: uit het binnenste voortkomend, van binnen uit ontstaand, niet door omgevingsfactoren veroorzaakt. Tegenstelling: exogeen.

van binnenuit werkend, door innerlijke kracht ontstaand. Endogene veranderingen der aardoppervlakte zijn b.v. het ontstaan van vulkanen of van plooiingsgebergten.

(G., gignomai = worden, ontstaan), zijn plantedelen die binnenin ontstaan, maar later naar buiten doorbreken, bv. alle zijwortels. Hiertegenover staat exogeen.

van binnen uit komend (van economische bewegingen of biologische factoren)

(Grieks) Inwendig ontstaan. Geol. aardbevingen, vulkanisme e.d. worden endogene processen genoemd. Biol. b.v. sporevorming binnen de cel; de aanleg van de plantenwortel is endogeen, d.w.z. de buitenste weefsellagen nemen daaraan niet deel.