Wat is de betekenis van elan?

2024-04-24
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

elan

elan - Zelfstandignaamwoord 1. animo, het enthousiasme om je doel te bereiken Die nieuwe stijl moet de winkel een nieuw elan geven. Synoniemen enthousiasme

2024-04-24
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

elan

elan - zelfstandig naamwoord uitspraak: e-lan 1. optimistische ijver ♢ met veel elan zet hij zich in voor de goede zaak Zelfstandig naamwoord: e-lan het elan

2024-04-24
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Elan

[Fr. élan, van élancer= met kracht stoten; zie lanceren] zwier, aandrift, vuur, levendigheid; élan vital, levensdrijf- en stuwkracht [term van Bergson, Fr. wijsgeer].

2024-04-24
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Elan

geestdrift

2024-04-24
Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

Elan

bezieling, geestdrift; hij begon met elan aan het nieuwe schooljaar.

2024-04-24
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Elan

aanloop; sprong; ijver, vuur; opwelling; onstuimige bestorming.

2024-04-24
Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Élan

aanloop, sprong, zet; scheut [v. pijn]; ren, stormloop; drang, verlangen; opwelling; gloed; eland; prendre son élan, een aanloop nemen.

2024-04-24
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Élan

(Fr.), o., aandrift waarmee men tewerkgaat, bezieldheid, vuur : iets met élan doen ; het élan der troepen; met het nodige élan.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-24
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

élan

(Fr.) o. zet, aanloop; geestdriftig voorwaarts of op de vijand ingaan, onstuimige bestorming.