Wat is de betekenis van eigendomsrecht?

2024-04-24
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

eigendomsrecht

eigendomsrecht - Zelfstandignaamwoord 1. (juridisch) het volledigste, hoogste recht van gebruik en beschikking Woordherkomst samenstelling van eigendom en recht met het invoegsel -s-

2024-04-24
Hoofdlijnen Nederlands Recht

Prof. mr. C.J Loonstra (1992)

eigendomsrecht

Meest omvattende recht dat een persoon op een zaak kan hebben.

2024-04-24
Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Eigendomsrecht

Het recht van eigendom; het recht van de eigenaar, zowel i.h.a., in abstracto, als in het bijzonder, t.a.v. een bepaald goed. T.a.v. onroerende zaken kan men onderscheiden volle of vrije eigendom, en eigendom t.a.v. beperkte zakelijke rechten, zoals dat van de beklemde meier, erfpacht en opstal, welke beperkte zakelijke rechten dus bestaan naast he...

2024-04-24
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Eigendomsrecht

o., het volledigste, hoogste recht van gebruik en beschikking.

2024-04-24
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

eigendomsrecht

o. (het meest volstrekte recht, dat een persoon op een zaak kan hebben, behoudens de beperkingen in de uitoefening daarvan door het openbaar gezag en rechten van derden).

2024-04-24
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

eigendomsrecht

('eigəndoms) o. recht om eigendom te bezitten. Enc. Het biezonder eigendomsrecht of recht tot privaat bezit vloeit voort uit de redelijke natuur van de mens. Deze mag niet, zonder meer, bemachtigen wat hem voor het ogenblik onder het bereik komt, maar hij heeft blijvende goederen nodig, om te voorzien in eigen behoeften en in die van zijn hui...

2024-04-24
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Eigendomsrecht

o., het volledigste, hoogste recht van gebruik en beschikking.

2024-04-24
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-24
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)