Wat is de betekenis van effenaf?

2024-03-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

effenaf

effenaf - Bijwoord 1. onomwonden, vlakaf, ronduit 2. gewoonweg, ronduit Woordherkomst samenstelling van effen en af

2024-03-28
Typisch Vlaams woordenboek

Ludo Permentier en Rik Schutz (2015)

effenaf

helemaal, werkelijk, gewoonweg Ik loop al van jongs af in deze stoet mee, maar als je het kan meemaken als prinses carnaval, voelt het toch nog specialer. Ik kreeg effenaf kippenvel toen we met onze praalwagen doorheen al dat volk reden. (Het Laatste Nieuws) De mensen spreken er effenaf schande van, maar gij weet zo goed al...

2024-03-28
Kuifje in Vlaanderen

Michel Uyen

effenaf

tot vrijdag effenaf mooi weer, ongeveer 21° (zonder meer) — effenaf geniaal: gewoonweg geniaal

Wil je toegang tot alle 9 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-03-28
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

effenaf

(bw.) helemaal, zonder meer, zonder omweg. Henin gaf de indruk effenaf bevrijd te zijn na haar zege. - GvA, 02-07-2002. - effenaf belachelijk, gewoon, gewoonweg belachelijk. - iets effenafweigeren, vlakweg weigeren.

Gerelateerde zoekopdrachten