eersterangs
eersterangs - Bijvoeglijk naamwoord 1. van de hoogste kwaliteit zijnde ♢ Ook deze avond ziet hij er zo uit, als hij een eersterangs kaartje heeft voor de play-offwedstrijd tussen de Giants en de Chicago Cubs. Schuifelend door de fanshop maakt hij gefluister los en ondergaat hij spontane fotosessies als...