Wat is de betekenis van Ecclesiarch?

2024-04-25
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Ecclesiarch

[Gr. ekklèsia = de bijeengeroepen vergadering, en archos = aanvoerder] hoofd der Kerk.

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Ecclesiarch

(<Gr.), m. (-en), hoofd der kerk.

2024-04-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

ecclesiarch

(ekklezi'arch) m. (-en) [Gr. archos, hoofd] kerkhoofd.

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Ecclesiarch

ECCLESIARCH, m. (-en), hoofd der kerk.

Gerelateerde zoekopdrachten