Wat is de betekenis van dwingend?

2024-04-24
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

dwingend

dwingend - Bijvoeglijk naamwoord 1. door dwang en drang De politie gaf het dwingend advies om door te lopen 2. noodzakelijk Het dwingend studieadvies houdt in dat mensen met onvoldoende vooropleiding de studie niet mogen beginnen. dwingend...

2024-04-24
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

dwingend

dwingend - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: dwin-gend 1. waaraan je niet kunt ontkomen ♢ hij had een dwingende reden om thuis te blijven Bijvoeglijk naamwoord: dwin-gend ... is dwingender dan ... ...

2024-04-24
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-24
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Dwingend

bn., 1. noodzakend, gebiedend; — (recht.) dwingend recht, gebiedende of verbiedende rechtsbepalingen die elke afwijkende regeling door partijen uitsluiten (b.v. de regeling van huwelijk en scheiding); is zodanige afwijking wel mogelijk, dan spreekt men van aanvullend recht; — dwingende noodzakelijkheid, waaraan niet...

2024-04-24
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Dwingend

bn., 1. gebiedend; dwingende noodzakelijkheid, waaraan niet te ontkomen valt; 2. dwingerig.

2024-04-24
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-24
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Dwingend

DWINGEND, bn. dringend, noodzakend, gebiedend; dwingerig. DWINGER, m. (-s). DWING STER, v. (-s). DWINGERIG, bn. (-er, -st), een dwingerig kind, dat altijd dwingt. DWINGERIJ, v. (-en).

2024-04-24
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)