Wat is de betekenis van duivenkot?

2024-04-25
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

duivenkot

duivenhok. hok waar duiven in gehouden worden; duivenhok. Voorbeelden: Ik heb er zelfs mijn werk voor opgegeven om de duivenkoten te kuisen! http://www.pipay.be/artikelsnew/ulrichl/vandevelde/vandevelde.htm Onderbrengen van vogels; bijv. kooien […]. Duiventillen of duivenkotten; duivenzolders of duivenplatten. http:...

2024-04-25
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

duivenkot

(1981) (Vlaanderen, sch.) huis waar iedereen voortdurend in en uitloopt. • duivenkot* o., -en. In toep. op een huis e.d., waar steeds in- en uitgelopen wordt, waar alles zonder orde of regelmaat gebeurt enz.; ook in toep. op een bedrijf dat steeds ander personeel in dienst heeft. (Walter de Clerck: Nijhoffs Zuidnederlands Woordenboek. 1981) &...

2024-04-25
Typisch Vlaams woordenboek

Ludo Permentier en Rik Schutz (2015)

duivenkot

duivenhok (informeel) Meneer, zorg dat die beesten binnen kunnen of bouw een nieuw duivenkot! (Hugo Claus, Het verlangen) Vaak figuurlijk: huis waar mensen voortdurend in- en uitlopen. Belgisch-Nederlandse Standaardtaal Gangbaarheid: 4 Vlaamsheid: 5

2024-04-25
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

duivenkot

(het, -en) duivenhok.<fig.> huis waar mensen voortdurend in- en uitlopen of bedrijf met steeds andere werknemers in dienst. Beiden dienden een klacht in nadat VLD-senator xxx in verschillende kranten onomwonden had gezegd dat de gevangenis van Aarlen een duivenkot was. - GvA, 29-01-2003.

2024-04-25
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

duivenkot

In toep. op een huis e.d., waar steeds in- en uitgelopen wordt, waar alles zonder orde of regelmaat gebeurt enz.; ook in toep. op een bedrijf dat steeds ander personeel in dienst heeft.

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Duivenkot

o. (-ten), duivenhok.