duckhook
(de; -s) - (rechtshandige speler) slag waarbij de met zij spin geslagen bal rechts van het doel start en, onbedoeld, scherp en laag naar links afbuigt en naar beneden duikt; voor een linkshandige speler geldt het omgekeerde. Herkomst: Eng. duck (duiken) + hook. → hook, quickhook, snaphook, snipe.