droppen
(werkwoord) [alg.] afdanken, lozen; laten ontvallen, terloops opmerken; neerdonderen, kwakken, plempen; stoppen, ophouden met - Vrekken lozen hun afval in een buurgemeente om zo de eigen bijdrage per vuilniszak te ontlopen. - Toen het jurylid dagen voor de offici?le bekendmaking de naam van de winnaar liet ontvallen, waren de rapen gaar. - Bij th...