Wat is de betekenis van drommen?

2024-03-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

drommen

drommen - Werkwoord 1. dringen van een grote groep mensen De mensen dromden voor de winkel waar de uitverkoop begon. * drom·men drommen - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord drom

2024-03-29
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

drommen

drommen - regelmatig werkwoord uitspraak: drom-men 1. in grote aantallen verschijnen ♢ de fans dromden voor het theater Regelmatig werkwoord: drom-men zij drommen zij dromden

2024-03-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Drommen

(dromde, heeft gedromd), 1. (gew.) drummen, dringen; 2. in drommen komen of gaan: de arbeiders dromden het terrein op.

2024-03-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

drommen

zie drummen.

2024-03-29
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

drommen

(dromde, heeft gedromd) dringen: zij zag de fabrieksarbeiders naar buiten -.

2024-03-29
Woorden en uitdrukkingen verklaard

Dr. C.H. PH. Meijer (1919)

Drommen

dromen, dreumen, drummen, dringen, van drom. V. Vaernewijck, Beroerde Tijden 2, 77: „Daer wasser twee .... van boven neder int water gedrumt.” Hiervan een frequentatief dreumelen — wegstoppen, Hooft, Warenar vs. 1040: „Warnar... ging ... de Pot dreumelen onder een steyger.”

2024-03-29
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Drommen

(dromde, heeft gedromd), in drommen komen of gaan: de arbeiders dromden het terrein op.

2024-03-29
Etymologisch Woordenboek

Amsterdam University Press (2024)

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-03-29
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Drommen

DROMMEN, (dromde, heeft gedromd), (gew.) drummen, dringen.