drentelen
drentelen - Werkwoord 1. langzaam, aarzelend en doelloos rondlopen ♢ De toeristen drentelden wat op de markt rond zonder iets te zoeken of te kopen.
Wiktionary (2019)
drentelen - Werkwoord 1. langzaam, aarzelend en doelloos rondlopen ♢ De toeristen drentelden wat op de markt rond zonder iets te zoeken of te kopen.
Muiswerk Educatief (2017)
drentelen - regelmatig werkwoord uitspraak: dren-te-len 1. met kleine passen en zonder doel heen en weer lopen ♢ zij drentelde urenlang door de winkelstraat Regelmatig werkwoord: dren-te-len ik drentel ...
Van Dale Uitgevers (1950)
(drentelde, heeft en is gedrenteld), 1. langzaam, op zijn gemak voort- of heen en weer wandelen, zonder bepaald doel rondlopen: over de markt, op straat drentelen; zij zijn naar huis gedrenteld; 2. (w. g.) talmen.
M. J. Koenen's (1937)
drentelde, h., i. gedrenteld (zonder doel, op zijn gemak, langzaam heen en weer, rond-, voortlopen): in de kamer —.
Jozef Verschueren (1930)
('drentələn) (drentelde, heeft en is gedrenteld) langzaam heen en weer lopen : door de kamer, over de markt -.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
(drentelde, heeft en is gedrenteld), 1. langzaam op zijn gemak voort— of heen en weer wandelen, zonder bepaald doel rondlopen: over de markt, op straat drentelen; zij zijn naar huis gedrenteld; 2. talmen.
J.Pluim (1911)
van den Germ. wt. trend = zich in een kring bewegen, draaien; drentelen als frequent, bet. dus: voortdurend heen en weer gaan; verder: talmen. De genoemde wortel komt ook voor in: omtrent = om een kring. Vgl. nog Bredero: „Mijn oudt oom stond so langhe en drenten” (stond te draaien).
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: