doorstaan
doorstaan - Werkwoord 1. (ov) ondanks moeilijkheden er nog goed voorstaan ♢ Hij heeft de test doorstaan. 2. (ov) overleven. ♢ Hij heeft twee oorlogen doorstaan. doorstaan - Werkwoord 1. voltooid deelwoord van doorstaan Woordherko...
Wiktionary (2019)
doorstaan - Werkwoord 1. (ov) ondanks moeilijkheden er nog goed voorstaan ♢ Hij heeft de test doorstaan. 2. (ov) overleven. ♢ Hij heeft twee oorlogen doorstaan. doorstaan - Werkwoord 1. voltooid deelwoord van doorstaan Woordherko...
Muiswerk Educatief (2017)
doorstaan - onregelmatig werkwoord uitspraak: door-staan 1. het meemaken en uithouden ♢ hij doorstond een vervelende ziekte Onregelmatig werkwoord: door-staan ik doorsta jij/u doorstaat...
Fa. A.J. Osinga (1952)
v., trochstean, ûtstean, ûthâlde; (van hitte), daeije; een storm voor anker —, in stoarm ôfride, útride.
Van Dale Uitgevers (1950)
I. (stond door, heeft doorgestaan), (onoverg.) 1. blijven staan, niet van aard of kracht veranderen, inz. van de wind: stevig doorwaaien; 2. (zeew.) laten doorstaan, de zeilen niet reven ; II. (doorstond', heeft doorstaan'), (iets pijnlijks) ten einde toe verduren, lijden (en te boven komen), verduren: wat al rampen heb ik doorstaan ;...
M. J. Koenen's (1937)
I. stond —, h. doorgestaan (1 voortdurend blijven staan; 2 staande blijven tot het einde van [een wederwaardigheid enz.]; verdragen, verduren); 1. ik moest maar —; 2. doorgestaan leed; II. doorstond', h. doorstaan' (ondergaan en te boven komen, verduren); een operatie —, een examen —, de proef —, een beleg...
Jozef Verschueren (1930)
I. ('do:r) (stond door. heeft doorgestaan) 1. aanhoudend staan : ik moest maar -. 2. krachtig waaien : de wind staat door. 3. doormaken : doorgestaan leed. → angst . II. ('sta:n) (doorstond, heeft doorstaan) 1. ondergaan en te boven komen : veel pijn -. Syn. dragen, dulden, lijden, ondergaan, uithouden, uitstaan, verdragen, ver...
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
I. (stond door, heeft doorgestaan), (onoverg.) 1. blijven staan, niet van aard of kracht veranderen, m.n. van de wind: stevig doorwaaien; 2. laten doorstaan, de zeilen niet reven; II. (doorstond, heeft doorstaan), (iets pijnlijks) ten einde toe verduren, lijden (en te boven komen), verduren: wat al rampen heb ik doorstaan; een ziekte niet kunnen d...
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: