doornen
doornen - Bijvoeglijk naamwoord 1. van doornstruiken doornen - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord doorn Synoniemen doorns
Wiktionary (2019)
doornen - Bijvoeglijk naamwoord 1. van doornstruiken doornen - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord doorn Synoniemen doorns
Van Dale Uitgevers (1950)
bn., 1. van een doorngewas: een doornen stok; 2. van doornstruiken: een doornen haag.
M. J. Koenen's (1937)
bn. (1 met dorens; 2 vandoornhout; 3 van doornstruiken): 1. een — tak; 2. een — stok; 3 een — haag.
Jozef Verschueren (1930)
('do:rnən) bn. 1. met doornen: een tak. 2. van doornhout: een stok. 3. van doornstruiken: een haag.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
bn., 1. van een doorngewas: een doornen stok; 2. van doornstruiken: een doornen haag.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: