Wat is de betekenis van doopnaam?

2024-04-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

doopnaam

doopnaam - Zelfstandignaamwoord 1. de voornaam die een kind krijgt bij de doop. Deze naam kan afwijken van de naam die bij de burgerlijke stand wordt aangegeven en ook van de roepnaam Katholieken hebben meerdere doopnamen, Maria is ook bij mannen vaak één van de doopnamen. Woord...

2024-04-25
Woordenboek Nederlandse termen van Bibliotheek en documentaire informatie

dr. P.J. van Swigchem en E.J. Slot (1990)

doopnaam

bij de doop gegeven voornaam.

2024-04-25
Kerkelijk woordenboek

Professor mag. dr. J.B. Kors o.p. (1967)

Doopnaam

zie Naamdag.

2024-04-25
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

doopnaam

voornaam.

2024-04-25
Katholicisme encyclopedie

Prof. dr. J.C. Groot (1955)

DOOPNAAM

de voornaam of -namen die door de ouders bij het doopsel worden gegeven en door de priester in het doopregister worden ingeschreven. Volgens middeleeuws gebruik, sinds de hoge Middeleeuwen regel geworden, behoort althans de eerste naam die van een gecanoniseerde heilige te zijn (patroon of beschermheilige).

2024-04-25
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Doopnaam

s., foarnamme.

2024-04-25
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-25
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Doopnaam

m. (...namen), voornaam: iem. bij zijn doopnaam noemen (als teken van gemeenzaamheid).

Wil je toegang tot alle 16 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-25
De Kleine Winkler Prins

Winkler Prins (1949)

Doopnaam

naam van een heilige, die bij het doopsel in de R.K. kerk aan de dopeling wordt gegeven. Doopsel, in de R.K. kerk het eerste en noodzakelijkste sacrament, waardoor de gedoopte herboren wordt tot het bovennatuurlijk leven en lid wordt van de kerk.