Wat is de betekenis van domeinen?

2024-04-23
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

domeinen

domeinen - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord domein

2024-04-23
De Kleine Winkler Prins

Winkler Prins (1949)

Domeinen

gronden, die toebehoren aan de Staat. Te onderscheiden: Kroondomein, D. waarvan de inkomsten ten bate van de Koning komen, en Staatsdomein, D. waarvan de inkomsten in de Staatskas vloeien. Ook: publiek D., goederen, bestemd te algemenen nutte (bijv. wegen, kanalen), en privaat D., goederen, die de Staat bezit als een particulier.

2024-04-23
Winkler Prins Encyclopedie

E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)

DOMEINEN

(van Latijn: dominium, eigendom), zijn onroerende zaken, welke aan de Staat toebehoren. Men onderscheidde vroeger private en publieke domeinen. Deze laatste zouden dan zijn die vaste goederen, welke bestemd waren voor de uitoefening van de publieke dienst en waarbij van eigendomsrecht in privaatrechtelijke zin geen sprake kon zijn. Het recht...

2024-04-23
Woordenboek voor praktische kennis

Dr. L.M. Metz (1937)

Domeinen

Goederen, die aan den Staat behooren (dominus: heer). Publiek domein zijn: wegen, kanalen, openbare gebouwen. Privaat domein zijn: goederen, die de Staat verhuurt of verpacht. Kroondomein zijn de goederen, welke wel aan den Staat behooren, maar waarvan de inkomsten aan den Koning ten deel vallen.