Wat is de betekenis van Dolkruid?

2024-04-23
Eerste Medisch Systematische Ingerichte Encyclopedie

Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. (1954)

Dolkruid

zie atropa belladonna.

2024-04-23
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Dolkruid

o., volksn. van de zwarte nachtschade (Solanum nigrum), ook dolle beien, hondsbeien en walschot geheten; van het bitterzoet (S. dulcamara), van het bilzenkruid (Hyoscyamus niger), ook malkruid en zwijnenbonen geheten; van het doodkruid (Atropa belladonna).

2024-04-23
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

dolkruid

o. (naam van verschillende min of meer vergiftige planten o. a. bilzenkruid).

2024-04-23
Encyclopedie voor Iedereen

John Kooy (1933)

Dolkruid

→ Bilzenkiuid.

2024-04-23
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Dolkruid

➝Bilzenkruid.

2024-04-23
Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Dolkruid

Dolkruid - Naam voor het Bilzenkruid, Hyoscyamus niger.

2024-04-23
Vivat's Geïllustreerde Encyclopedie

J. Kramer (1908)

Dolkruid

een der namen van de nachtschadesoort Solanum nigrum zie Solanum ; en van het bilzenkruid, Hyoscyamus niger, zie Hjoscyamus.

2024-04-23
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)