Wat is de betekenis van Dijkstoel?

2024-04-24
Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Dijkstoel

Langs Rijn, Lek en Waal gebruikte benaming voor dijkbestuur (z. Polderdistrict).

2024-04-24
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Dijkstoel

m. (-en), dijksbestuur.

2024-04-24
De Kleine Winkler Prins

Winkler Prins (1949)

Dijkstoel

in Gelderland het dagelijks bestuur van een polderdistrict.

2024-04-24
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

dijkstoel

m. -en (dijkbestuur).

2024-04-24
Woordenboek voor praktische kennis

Dr. L.M. Metz (1937)

Dijkstoel

Dijkbestuur, oude naam voor het bestuur van een waterschap. Ook het waterschap zelf heet soms dijkstoel. De dijkstoel van het polderdistrikt „OverBetuwe”. De dijkstoel van het polderdistrikt „Maas en Waal”. De dijkstoel van Vianen. De dijkstoel van de Rhenensche Neede.Dergelijke samenstellingen met „dijk” heeft m...

2024-04-24
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

dijkstoel

m. (-en) dijkbestuur.

2024-04-24
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Dijkstoel

m. (-en), 1. dijkbestuur; 2. in Gelderland de naam van het dagelijks bestuur van een met rivierwater kering belast polderdistrict.

2024-04-24
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Dijkstoel

DIJKSTOEL, m. (-en), lichaam, vergadering der dijkheemraden; dijksbestuur.