Wat is de betekenis van dekking?

(1995) (journ.) oplage (van een krant). • Ten opzichte van de groei van het aantal huishoudens (vooral veroorzaakt door stijging van het aantal alleenwonenden) daalt de oplage, de dekking heet dat in het commerciële kranten-jargon. (Algemeen Dagblad, 04/03/1995)

dekking - Zelfstandignaamwoord 1. het op elkaar passen     ♢ Die twee vormen zijn niet tot dekking te brengen. 2. bescherming tegen geraakt te worden bij een schietpartij     ♢ De rotsen boden enige dekking in het vuurgevecht dat erop volgde. 3. (schaak) de mogelijkhe...

Kaart of combinatie van kaarten in een kleur die verhindert dat de tegenpartij in deze kleur alle slagen kan incasseren. Is dit verhinderen slechts mogelijk door de kleur in kwestie af te troeven, dan wordt niet van "dekking" gesproken. Zie ook: stopper

Iedere provider heeft met zijn masten en antennes een bepaald bereik. Het bereik is niet alleen afhankelijk van de hoeveelheid masten in een bepaalde regio, maar ook van het netwerktype. Op dekkingskaarten is de dekking van netwerken te zien.

Dekking is de mate waarin een bepaalde dekkingsvorm wordt geraakt door een testset, uitgedrukt als percentage van het geheel.

dekking - zelfstandig naamwoord uitspraak: dek-king 1. het gebied dat je kunt bestrijken ♢ er is geen dekking voor mijn mobiele telefoon op het strand 2. het ervoor zorgen dat er niets gebeurt, dat het veilig is ...

Mate waarin de populatie en het steekproefkader met elkaar overeenkomen.

Het aantal personen uit de communicatiedoelgroep dat door een bepaald medium wordt bereikt, uitgedrukt in een percentage van die doelgroep.

dekking - Term uit de optie- en termijnmarkt: de tegenovergestelde positie die is ingenomen op bijvoorbeeld de aandelenmarkt of fysieke goederenmarkt om het risico van een dalende prijs te verkleinen. Bijvoorbeeld: iemand heeft aandelen gekocht en schrijft een calloptie op die aandelen.