De profundis
uit de diepten; beginwoorden van een boetpsalm
Professor mag. dr. J.B. Kors o.p. (1967)
[= uit de diepten (roep ik tot U, o Heer)], beginwoorden van psalm 129 (geteld naar de → Vulgaat), de zesde der → boetpsalmen. Hij wordt veelvuldig in de liturgie gebruikt, vooral in die der overledenen. De gelegenheid tot bidden bij een overledene wordt wel D. P. genoemd, omdat onder de verrichte gebeden gewoonlijk ook deze psalm is.
Direct toegang tot alle 19 resultaten over De profundis?
Van Dale Uitgevers (1950)
(Lat.), uit de diepten. Beginwoorden van Ps. 129 (130); de eerste regel luidt: [i]De profun'dis clama'vi ad te. Do'mine![/i] (Lat.), uit de diepten (van ellende) roep ik tot U, o Heer !
E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)
(uit de diepten), beginwoorden van de 129ste psalm, zoals hij in de Vulgata begint (psalm 130 volgens het Hebreeuws). Hij behoort tot de 7 kerkelijke boetpsalmen en wordt in de Latijnse liturgie dikwijls gebruikt, doch niet enkel op dagen van boete en rouw; ook in de Woensdagvespers en de 2de Vespers van Kerstmis (wel wegens vers 7, met een zinspel...
J.H. de Ruijter (1940)
De profundis clamavi. Uit de diepten van den afgrond heb ik geroepen. Begin van PSALM 130. (R. K. treurzang.)
M. J. Koenen's (1937)
v. (Lat. Uit de diepten [roep ik tot U, o Here!) beginwoorden van een treur- of boetepsalm 130; de psalm). (De = Dee).
John Kooy (1933)
„Uit de diepten’’, eerste woorden v. Psalm 129; i/d R.K. Kerk als treurzang gebruikt; beroemd gedicht v. Oscar → Wilde.
Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)
De profundis - (Lat. = Uit de diepten), aanvangswoorden en benaming van den boetpsalm 129, vnl. gebruikt in de Doodenliturgie. Komt verder voor in de Woensdagvespers, 2e Vespers van Kerstmis enz. Vgl. Luther’s boetelied ,,Aus tiefer Not schrei’ ich zu dir”.
F.W. Grosheide (1926)
Zoo heet, naar de eerste Latijnsche woorden van het lied, in de Roomsche kerk de 130ste psalm, welke voornamelijk als boetpsalm en treurgezang in die kerk gebruikt wordt.
T. Pluim (1922)
De profundis (Lat.) zijn de beginwoorden van Psalm 130: „Uit de diepte van ellende"; het is de gewone Rooms Katholieken treurpsalm bij begrafenissen.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
[Lat., uit de diepte], in de ^Vulgata de beginwoorden van ps.129 (130), een van de zeven boetpsalmen, die in de Romeinse liturgie van de Rooms-Katholieke Kerk m.n. in de dodenliturgie wordt gebruikt. In het spraakgebruik werd ‘de profundus’ de benaming voor het afscheid van de overledene in sterfhuis of mortuarium.
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
De profundis - (Lat.), „Uit de diepte”, aanvangswoorden van Psalm 130, die bijzonder als boetpsalm dienst doet. Luther verwerkte hem liturgisch tot het boetelied: „Aus tiefer Not schrei ich zu dir”; componisten hebben veel gebruik gemaakt van d.
Anthony Winkler Prins (1870)
De profundis of „Uit diepten” zijn de eerste 2 woorden van Psalm 130 volgens de vertaling der Vulgata. Die Psalm wordt in de R. K. Kerk als een treurzang gebruikt.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel lid van Ensie en geniet van alle voordelen: