Wat is de betekenis van Dampigheid (paarden)?

2024-04-24
Woordenboek voor praktische kennis

Dr. L.M. Metz (1937)

Dampigheid (paarden)

Een gebrek van de ademhalingswerktuigen van paarden, die na eenige inspanning spoedig een stootende ademhaling vertoonen door sterke werking van de buikspieren. Die aandoening bestaat in het verlies van veerkracht van de fijne longblaasjes, welke bij de ademhaling niet behoorlijk samenvallen. De tusschenwanden tusschen de longblaasjes verdwijnen, z...