Wat is de betekenis van daaraan?

2024-04-23
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

daaraan

daaraan - Voornaamwoordelijk bijwoord (scheidbaar) 1. aan dat, aan die     ♢ Daaraan wordt een kabel bevestigd.     ♢ Daar komen mooie bloemen aan. Woordherkomst samenstelling van daar en aan

2024-04-23
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

daaraan

daaraan - bijwoord uitspraak: daar-aan of daar-aan 1. aan wat er genoemd of bedoeld is ♢ noem de snelwegen en de steden die daaraan liggen Bijwoord: daar-aan of daar-aan

2024-04-23
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Daaraan

adv., dêroan.

2024-04-23
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Daaraan

vnw. bw., 1. aan dat, aan die zaak: noem de rivieren van Frankrijk op met de steden, die daaraan liggen, aan die (rivieren). 2. daarop, daarna: de week daaraan.

2024-04-23
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

daaraan

(da:r'a:n) bw. 1. aan dat, aan die zaak : denk -; wat heeft hij -? de rivier met de gelegen steden. 2. daarop : de week -.

2024-04-23
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Daaraan

vn. en bw., aan dat, aan die zaak: noem de rivieren van Frankrijk op met de steden, die daaraan liggen, aan die (rivieren); daaraan ligt het niet.

2024-04-23
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Daaraan

DAARAAN, voornaamwoordelijk bw. aan dat, aan die zaak. (Samenstellingen van daar met een ander bijwoord vervangen het aanwijzend vnwd., voorafgegaan door het voorz., dat met ’t bijwoord overeenkomt: noem de rivieren van Frankrijk op met de steden, die daaraan liggen, aan deze. Men zie dus voor deze woorden bedoelde voorzetsels; de week daaraan, de...