Wat is de betekenis van daad?

2024-03-29
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

daad

(1955) (euf.) coïtus. Bijv. in de uitdrukking ‘de (huwelijkse) daad verrichten’: geslachtsgemeenschap hebben. • En Anton, wiens grootste genoegen erin bestond haar, gedurende de daad, in te zepen. (Remco Campert: Alle dagen feest. 1955) • Na het volbrengen van de daad deed hij zijn ogen open, en daar in d...

2024-03-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

daad

daad - Zelfstandignaamwoord 1. (palindroom) bewust gepleegde handeling, doelgericht

2024-03-29
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

daad

daad - zelfstandig naamwoord 1. wat je met opzet doet ♢ door hem te helpen heb je een goede daad verricht 1. een daad stellen [iets met nadruk doen, zodat anderen het zien] 2. d...

2024-03-29
Woordenboek van Eufemismen

Marc de Coster (2004)

daad

geslachtsgemeenschap; coïtus. Een vagere omschrijving is wellicht niet te vinden, al heeft het woord in een bepaalde context vaak de implicatie: ‘buiten het huwelijk’ en ‘aanstootgevend’. Eveneens in het Engels: ‘the deed; the act’. Shakespeare gebruikte ‘deed’ in deze eufemistische betekenis in ‘Love Labor’s Lost’ (1593). In het Frans gebruikt men...

2024-03-29
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Daad

s., die(d).

2024-03-29
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-03-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Daad

v. (daden), . 1. een met bewustheid gepleegde afgesloten handeling van een persoon, in ‘t bijz. onder zedelijk opzicht: iem. naar zijn daden beoordelen; daden van vijandschap; — vaak tgov. het woord gesteld: wacht op onze daden; de daad bij het woord voegen, een geuit voornemen onmiddellijk ten uitvoer...

2024-03-29
Humoristisch woordenboek

H. Moritsen (1939)

Daad

Handeling met uiterlijk vertoon.

Wil je toegang tot alle 15 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-03-29
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

daad

v. daden ([als afgesloten geheel beschouwde] handeling inz. bewust en met een bepaald doel gedaan; een indrukwekkende, roemrijke handeling): een goede -; de - bij het woord voegen; de grote daden van ons voorgeslacht; helden-, mis-; zegsw. tem. met raad en - bijstaan, met alle beschikbare middelen; op heter - betrappen, bij de (mis)daad; rech...