Wat is de betekenis van cure?

2024-04-25
Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

cure

(zelfstandig naamwoord) behandeling, genezing; oplossing

2024-04-25
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

cure

cure - onbekend woordtype, woorddeel 1. verzorger, verzorging ♢ pedicure = verzorger van voeten Onbekend woordtype: cure Woorddeel: cure

2024-04-25
Dokterswoordenboek

Jannes van Everdingen en Arnoud van den Eerenbeemt (2010)

cure

(uitspraak: kjoer) Zie (ook) zorg

2024-04-25
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Curé

[Fr., van VLat. curatus = met zielzorg belast] pastoor, parochiepriester.

2024-04-25
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Curé

pastoor.

2024-04-25
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

Cure

I genezing; geneesmiddel; kuur; (ziel)zorg; predikantsplaats, -ambt, type; II 1 genezen (van of); 2 (verduurzamen door) zulten, drogen, pekelen, roken .

2024-04-25
Geneeskundig woordenboek (EN-NL)

dr. mr. W. Schuurmans Stekhoven (1949)

cure

kuur, ziekteverloop, therapie, behandeling, gecuret daltonism neeswijze, geneesmiddel, dieet; dietic cure, diëetkuur, dietetische behandeling; gold cure, goudkuur, goud-behandeling; grape cure, druivenkuur; hunger cure, starvation cure, hongerkuur; milk cure, melkdiëet; movement cure, bewegings-therapie; potato cure, aardappelkuur; thir...

2024-04-25
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

curé

(Fr.) m. pastoor.

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-25
De vreemde woorden

Fokko Bos (1914)

curé

curé, - m., pastoor.