Wat is de betekenis van contributie?

2024-04-20
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-20
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

contributie

(1974) (Gent, sch.) achterste: 'een stamp onder zijn contributie krijgen'. • (L. Lievevrouw-Coopman: Gents Woordenboek. 1974)

2024-04-20
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

contributie

contributie - Zelfstandignaamwoord 1. lidgeld, een bijdrage die men als lid aan een vereniging betaald     ♢ Vaak hoeft de contributie niet alle kosten van de sportclub te dekken, want de club krijgt vaak ook subsidie en sponsorgelden.

2024-04-20
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

contributie

contributie - zelfstandig naamwoord uitspraak: con-tri-buut-sie 1. bijdrage die je op vaste tijdstippen betaalt om ergens lid van te zijn ♢ ik betaal maandelijks aan contributie voor de tennisclub 50 euro Zelfstandig naamwoord: con-tri-buut...

2024-04-20
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Contributie

[Lat. contributio] bijdrage, spec. die van lid van een vereniging ter bestrijding van de kosten.

2024-04-20
Woordenboek Nederlandse termen van Bibliotheek en documentaire informatie

dr. P.J. van Swigchem en E.J. Slot (1990)

contributie

periodieke vaste bijdrage die men als gebruiker van een openbare bibliotheek betaalt om boeken en andere documenten te kunnen lenen.

2024-04-20
Encyclopedie van Friesland

Prof. Dr. J.H. Brouwer (1958)

CONTRIBUTIE

I7de-eeuwse aanduiding van wat na 1892 een zeewerend waterschap heet. Thans nog in sommige namen. Ontleend aan het contribueren van werken of gelden. Het C.-huis was bestuurshuis.

2024-04-20
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Contributie

bijdrage; brandschatting.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-20
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Contributie

s., omslach, stipe; — voor dijkonderhoud, dyksomslach.