continu
continu - Bijvoeglijk naamwoord 1. voortdurend, zonder onderbreking ♢ De baby bleef continu huilen. Woordherkomst met het voorvoegsel con- Synoniemen onafgebroken, permanent
Wiktionary (2019)
continu - Bijvoeglijk naamwoord 1. voortdurend, zonder onderbreking ♢ De baby bleef continu huilen. Woordherkomst met het voorvoegsel con- Synoniemen onafgebroken, permanent
Muiswerk Educatief (2017)
continu - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: con-ti-nu 1. de hele tijd ♢ ze werken hier niet alleen overdag, maar continu Bijvoeglijk naamwoord: con-ti-nu de/het continue ... Synoniemen chronisch, doorlo...
A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)
[Lat. continuus, van continere, zie continent] aangrenzend (met samenhang), doorlopend, voortdurend.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: