Wat is de betekenis van conformist?

2024-04-23
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

conformist

conformist - Zelfstandignaamwoord 1. aanpassen van zichzelf aan het gedrag en de opvattingen die heersen in een bepaalde groep met als doel geaccepteerd te worden binnen deze groep „We zitten in een vastgeroest systeem, ik zie geen mensen die het in beweging zouden kunnen krijgen. Jongeren vinden politiek o...

2024-04-23
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Conformist

(Eng. gesch.) protestant die zich in 1562 onderwierp aan de Anglicaanse belijdenis, i.t.t. de non-conformisten (puriteinen) (zie non-conformist).

2024-04-23
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Conformist

aanhanger van de Engelse bisschoppelijke kerk; iemand die zich houdt aan een geldend gebruik

2024-04-23
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Conformist

lidmaat van de Engelse staatskerk; i.h.a. iemand die zich gemakkelijk bij het algemeen gevoelen aansluit

2024-04-23
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

Conformist

conformist, lid van de Engelse Staatskerk.

2024-04-23
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

Conformist

(Eng.) m. aanhanger v.d. heersende bisschoppelijke kerk in Engeland.

2024-04-23
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

conformist

m. -en (Eng. lidmaat der bisschoppelijke kerk in Engeland; ook wel: iem. die zich gemakkelijk schikt naar geldende opvattingen).

2024-04-23
Vreemde woordenboek

S. van Praag (1937)

conformist

(Eng.), m. aanhanger der bisschoppelijke kerk in Engeland.

Wil je toegang tot alle 12 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-23
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

conformist

('mist) m. (–en) aanhanger der Bisschoppelijke Kerk in Engeland.