Wat is de betekenis van Condominium?

[Lat.; zie dominium] gemeenschappelijk bezit of beheer.

Condominium, gemeenschappelijk bestuur over een bepaald gebied door twee of meer staten. Een voorbeeld hiervan is Maastricht dat vanaf 1284 werd bestuurd door de hertog van Brabant en de prins bisschop van Luik. In 1632 namen de Staten Generaal de rechten van de hertog over. Deze situatie duurde tot 1795. Een tweede condominium is bekend uit de → S...

gemeenschappelijke soevereiniteit; medebezit

gemeenschappelijk bestuur, d.w.z. de souvereiniteit over een bepaald gebied wordt door twee of meer staten uitgeoefend. In de Ned. geschiedenis: 1. Het condominium 1165 door keizer Frederik Barbarossa ingesteld tussen de Utrechtse bisschop Godfried van Rhenen en de Hollandse graaf Floris m over Friesland. 2. Het condominium van Holland en Vlaandere...

Gezamenlijk bestuur van de Fr. gouwen, door Barbarossa opgelegd aan bisschop Godfried en Floris in van Holland (25.11.1165). Zij zouden gezamenlijk een graaf aanstellen en mochten in mei en juni persoonlijk optreden. Zo stelden Dirk vu en zijn oom bisschop Boudewijn in 1195/96 Dirks broer Willem aan. In 1204 nam bisschop Dietrich de Hollandse recht...

gemeenschappelijke souvereiniteit van twee of meer staten over eenzelfde gebied

(Lat.) o., gemeenschappelijke souvereiniteit van twee of meer staten over één gebied.

(1), Lat. woord voor mede-eigendom*; (2) ook wel co-imperium geheten, gemeenschappelijke souvereiniteit van 2 of meer staten over eenzelfde gebied. Vb.: Moresnet, dat van 1816-1919 onder C. van Pruisen en Ned. (na 1839 Big.) stond; Soedan, onder C. van Eng. en Egypte; Tanger, onder internationaal regime, waarin ook Ned. aandeel heeft. Condominium i...

(Lat.) o. medebezit, gemeenschappelijk eigendom.