Wat is de betekenis van comité?

comité - Zelfstandignaamwoord 1. - een groep van mensen die iets voorbereiden of organiseren, zoals een herdenking, feest, etc. ♢ Het comité organiseerde het festival. 2. - een groep van mensen die een gemeenschappelijk (politiek) doel en bezigheid hebben ♢ Het chil...

comité - zelfstandig naamwoord uitspraak: co-mi-tee 1. groep mensen die samen iets organiseren ♢ we hebben een comité opgericht voor dat feest Zelfstandig naamwoord: co-mi-tee het comité ...

[Fr., van Eng. committee, oud Anglo-Frans woord voor Fr. commis, v.dw van commettre, van Lat. com-mittere = bijeenbrengen, toevertrouwen] groep personen met bep. opdracht (vrijwillig of daartoe aangewezen); en petit comité, met enkele personen, vertrouwelijk (beraadslagen).

(komitee) belangenbehartigende groep; groep met een bepaalde opdracht

een groep mensen die is samengesteld om iets te organiseren, b.v. een feest; gaat het om de bestudering van een zaak, dan spreekt men van een commissie.

groep van personen, die een bepaalde taak op zich nemen; en petit comité: met weinigen; comité-generaal : zitting met gesloten deuren,

commissie, raad; bestuur; comité; comité directeur, hoofdbestuur; comité électoral, kiesvereniging; se former en comité secret, in besloten vergadering overgaan; en petit onder ons, in intieme kring.

...

(Fr.), o. (-’s), 1. groep van personen die vrijwillig de behartiging van zekere belangen op zich hebben genomen : het comité voor de algemene feestviering ; 2. groep van personen verkozen of aangewezen door een overheid of een vergadering en belast met de volvoering van een bepaalde taak; — vergaderen in comité of in comit...