Wat is de betekenis van Cleaner?

2024-04-25
Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

cleaner

(zelfstandig naamwoord) [alg.] schoonmaakmiddel, reiniger - Een goed schoonmaakmiddel is voor poetsvrouwen en -mannen het halve werk. [alg.] schoonmaker/maakster - De museumschoonmaaksters herkende Joseph Beuys' met kaarsenvet bedropen badkuip niet als kunst en reinigden de kuip grondig vetvrij. Ieder zijn vak.

2024-04-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

cleaner

cleaner - Bijvoeglijk naamwoord 1. onverbogen vorm van de vergrotende trap van clean

2024-04-25
Klein hotelvademecum

Peter Joh .M. Zuidweg (2017)

Cleaner

Schoonmaker. In een groot bedrijf zijn er verschillende schoonmaakdiensten, zoals schoonmakers voor het gebouw, voor de zalen, voor de toiletten en nachtschoonmakers, die vaak ook het schoenpoetsen tot taak hebben.

2024-04-25
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

Cleaner

schoonmaker, schoonmaakster, reiniger, -ster; stofzuiger.

2024-04-25
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-25
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)