Wat is de betekenis van Clair?

2024-04-18
Nederlandse Voornamenbank

Meertens Instituut (2020)

Clair

Zie Clara

2024-04-18
Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Clair

I. helder, klaar; licht, fris; zuiver [winst]; dun [stroop], ijl; duidelijk, verstaanbaar; clair comme le jour, zonneklaar; son affaire est claire, hij behoeft zich geen illusies te maken; est-ce assez clair?, houd het je voor gezegd; le plus clair de son revenu, ’t grootste deel van zijn inkomen; II. helder, duidelijk; dun [gezaaid]; voir cl...

2024-04-18
Wink's vreemde woordenboek

dr. Jan Romein (1906)

Clair

Fr., helder.