Wat is de betekenis van cheese?

2024-04-26
Op-en-top Nederlands

Frens Bakker, Els Ruijsendaal, Paul Uljé, Dick van Zijderveld (2022)

cheese

(zelfstandig naamwoord) [alg.] zie: woordenboek E-N

2024-04-26
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

cheese

1) (1995) (< Eng.) (straattaal) autochtone Nederlander. Vgl. bacra*; belanda*; boterpot*; botervolk*; Chinees* van Europa; Hema*-worst; HWN'er*; kaas*. kaaskop*; kutkaas*; macamba*; schuifkaas*; tata*; totok*; roze varken*. • Appie en hij sjouwden weer verder toen er een cheese kwam slaan, want die kaaskoppen kunnen het toch niet. (Hans Sah...

2024-04-26
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

Cheese

kaas.