Wat is de betekenis van Carnaval?

2023-10-02
Ensie Encyclopedie

Redactie Ensie (2022)

Carnaval

Carnaval is een van oorsprong katholiek feest. Tijdens carnaval is het de traditie om gek verkleed de straat op te gaan en worden er optochten gehouden met praalwagens. Carnaval is een feest dat drie dagen voor Aswoensdag begint. Volgens de traditie begint carnaval op zondag en eindigt het op dinsdagavond, wat ook wel de Vastenavond wordt genoemd....

2023-10-02
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

carnaval

carnaval - Zelfstandignaamwoord 1. een volksfeest gedurende de vier dagen die aan de grote vasten voorafgaan waarop verkleedpartijen plaatsvinden - Viert u eigenlijk carnaval? - Ik ben carnavalvrij opgevoed, in een tijd waarin er nog geen televisie was. P...

Direct toegang tot alle 20 resultaten over Carnaval?

Word nu vriend van Ensie
2023-10-02
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

carnaval

carnaval - zelfstandig naamwoord uitspraak: car-na-val 1. volksfeest waarbij mensen drie dagen lang verkleed over straat gaan ♢ in Limburg vieren de mensen ieder jaar carnaval Zelfstandig naamwoord: car-na-val het ca...

2023-10-02
Popmuziek Encyclopedie

Jan van der Plas & Mike Schepers (2003)

Carnaval

Uitbundig volksfeest in het rooms-katholieke zuiden van Nederland (Brabant en Limburg) met veel bier en hossen. Oorspronkelijk bedoeld als laatste uitspatting voor het begin van veertig dagen vasten voor Pasen. De bijbehorende carnavalsmuziek is een curieuze mix van hoempapa ritmen en schuine teksten. In de jaren zestig, zeventig en tachtig werd de...

2023-10-02
Lexicon van het bijgeloof

Walter Gerlach (2000)

Carnaval

Het gegeven is oud, de vormenrijkdom groot. Het carnaval heeft zijn oorsprong in een lenteritueel van de voorchristelijke tijd: het verdrijven van de winterdemonen door hels lawaai, het wakker maken van het graan voor een vruchtbaar en zegenrijk jaar, en - ten tijde van het christendom - nog een keer flink tekeergaan voordat de lange vastentijd beg...

2023-10-02
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Carnaval

[Fr., van It. carnevale, een vereenvoudiging van het oorspronkelijke carnelevale, van de kunstmatige Lat. uitdrukking carnem levare = het vlees opheffen, afschaffen of opbergen, daar in de daarop volgende vastentijd het gebruik van vlees grotendeels was verboden] vastenavondfeest, de drie dagen voor Aswoensdag.

2023-10-02
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Carnaval

(karnaval) vastenavondfeest

2023-10-02
Encyclopedie van de Zaanstreek

Eindredactie Jan Pieter Woudt & Klaas Woudt (1991)

Carnaval

Vooravond van de veertigdaagse vasten. In de Zaanstreek vanaf 1970 in de openbaarheid gevierd, daarvoor beperkt tot de huiselijke kring. Carnaval wordt met name in katholieke landen en streken gevierd, en is van oorsprong Italiaans en waarschijnlijk een mengvorm van een Romeins lente- en Germaans offerfeest. Uit talloze Middelnederlandse geschrifte...

2023-10-02
XYZ van de Grieks-Romeinse Oudheid

Jos Liefrink (1989)

Carnaval

Carnaval - Feest ter ere van Bacchus, de Griekse Dionysos, waarbij een schip op wielen (carrus navalis) gebruikt werd. Deze eredienst en de viering te zijner ere waren overgewaaid via Zuid-Italië of Magna Graecia, vooral Cumae, en bereikten daardoor Rome omstreeks 200 v.C. Het schip op wielen verzinnebeelde het schip waarmee de god Dionysos...

2023-10-02
Encyclopedie van Noord Brabant

Anton van Oirschot (1985-1986)

CARNAVAL

massaal volksfeest, voorafgaande aan de vroegere vastentijd voor rooms-katholieken, officieel de drie dagen voor Aswoensdag, maar inmiddels in vele plaatsen uitgegroeid tot en met de vrijdag en de zaterdag. Het carnavalsfestijn wordt ingezet op de ..zottedag”, de 11e dag van de 11e maand, wanneer de prins-carnaval wordt gekozen en de raad van...

2023-10-02
Encyclopedie van Zeeland

Kon. Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen (1982)

CARNAVAL

Werd aanvankelijk in Zeeland alleen gevierd te Sas van Gent. Reeds in 1910 droeg vastenavond echter al een feestelijk karakter in Kloosterzande en ’s-Herenhoek. Later is het ook elders in ZeeuwsVlaanderen en onder de r.k. bevolking van Middelburg-Zuid in zwang gekomen. Thans wordt het op vele plaatsen in Zeeland gevierd.

2023-10-02
Gerben Abma

Gerben Abma (1976)

CARNAVAL

zie Folklore.

2023-10-02
Kerkelijk woordenboek

Professor mag. dr. J.B. Kors o.p. (1967)

Carnaval

zie Vastenavond.

2023-10-02
De vreemde woorden.
woordenboek

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Carnaval

o., tijdperk van vermakelijkheden vóór de Pasen; vastenavondvreugd.

2023-10-02
Katholicisme encyclopedie

Prof. dr. J.C. Groot (1955)

CARNAVAL

is de feestviering, die aan de 40-daagse Vasten voorafgaat en die vooral in de Middeleeuwen met optochten en kluchten gepaard ging. Over de etymologie van het woord -wordt nog getwist; men heeft wel gedacht aan carni vale („vaarwel vlees”) of carnelevare („opruimen van het vlees”) als inleiding tot de Vasten, waarschijnlijk...

2023-10-02
Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Carnaval

(mv. carnavals) vastenavond, carnaval.

2023-10-02
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Carnaval

o., de drie dagen die aan de Vasten, dus aan Aswoensdag voorafgaan, inz. de laatste dag daarvoor (vastenavond) waarop velerlei feestelijkheden, meestal met vermommingen gepaard, in de R.-K. streken plaats hebben; ook die feestviering zelf.

2023-10-02
De Kleine Winkler Prins

Winkler Prins (1949)

Carnaval

Afkomst betwist: camevale (vaarwel, vlees), carnelevare (opruimen van vlees) of van char naval (wagenschip bij heidens jubelfeest). C. is oorspr. heidens feest, door Christendom met andere betekenis overgenomen, wordt gevierd in R.K. landen of gewesten. Vastenavond, Fastnacht, Fasching, (alleen in Romaanse landen C.), is eigenlijk de vooravond, in...

2023-10-02
Spaans woordenboek (SP-NL)

Dr. C.F.A. van Dam (1948)

Carnaval

m. carnaval; vastenavondpret.

2023-10-02
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

carnaval

o. Zondag, Maandag en Dinsdag vóór de 40daagse vasten, waarop de vastenavondsvreugde door vermomming enz. gevierd wordt.