Caius
Zie Gaius
Dr. J.F.L. Montijn (1949)
(bij dichters ook 3 lettergr. Cāĭŭs), i, m. en Cāia, ae, f. (maar Gaius, Gaia gelezen; de c. beantwoordde nl. vroeger aan k en g, eerst omstr. 234 v. C. werd het letterteken g in het Romeinse alphabet opgenomen), Romeinse voornaam. Bij bruiloften placht men de bruidegom Caius en de bruid Caia te noemen, en zij zeide: Ubi tu Caius, ego Caia; bij de...
E. de Bruyne, G.B.J. Hiltermann en H.R. Hoetink (1947)
Romeinse voornaam, die men als Gaius moet uitspreken, daar de schrijfwijze Caius, en de gebruikelijke afkorting er van: C., dateren uit de tijd, toen de letter C in het Romeinse alphabet nog zowel de g-klank als de k-klank weergaf. Bij de huwelijksplechtigheid aanvaardde de bruid de bruidegom als man met een formule, waarbij, naar een van de...
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
Caius - en Caia maar Gaius en Gaia gelezen en meestal ook geschreven, een Rom. voornaam, waarover men zie onder C; ook in het algemeen ter aanduiding van een mans- en vrouwspersoon gebezigd. Zoo placht men bij een huwelijk den bruidegom Caius en de bruid Caia te noemen: de laatstgenoemde sprak daarbij de formule uit: Ubi tu Caius, ego Caia. — Den b...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: