Wat is de betekenis van bundel?

2024-04-19
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

bundel

Het begrip bundel heeft 4 verschillende betekenissen: 1) samengebonden zaken. pak samengebonden, gelijksoortige zaken. 2) boek. boek of boekje met samengebrachte gedichten, artikelen, verhalen, liederen, e.d.. 3) verzameling lijnen. verzameling lijnen of stralen die door een gemeenschappelijk punt gaan, bijvoorbeeld een licht...

2024-04-19
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

bundel

bundel - Zelfstandignaamwoord 1. zijdelings bijeengehouden verzameling langwerpige voorwerpen De bundel takken werd met een touw bijelkaar gehouden. 2. een verzameling teksten in één drukwerk verzameld Het is een van de lastigste vragen die vrienden je kunnen st...

2024-04-19
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

bundel

bundel - zelfstandig naamwoord uitspraak: bun-del 1. pak van samengebonden dingen ♢ ze droeg een bundel kleren onder haar arm 2. boek dat is samengesteld uit losse verhalen of gedichten ♢ heb je...

2024-04-19
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

bundel

(de, -s) in België soms voor: dossier.

2024-04-19
NIMA marketing lexicon

NIMA (1993)

bundel

Aanduiding voor de totale prestatie die een aanbieder aan een afnemer levert: product plus producttransfer.

2024-04-19
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

bundel

boek(deel); versameling (gedigte); bondel; gebundel, in boekvorm uitgee.

2024-04-19
Eerste Medisch Systematische Ingerichte Encyclopedie

Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. (1954)

Bundel

fasciculus, een streng van gelijkgerichte vezels of cellen of draden; soms van spiercellen, meestal van zenuwcellen. Het bekendst is de bundel van His, een bundel van zeer bijzondere hartspiercellen, welke zich van de sinusknoop door de scheidingswand der boezems naar de kamers begeeft en zich daar in de wanden vertakt. Zijn belangrijke functie bes...

2024-04-19
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Bundel

s., bondel, bundel, bosk (it).

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-19
Duits woordenboek (DU-NL)

Dr. H. W. J. Kroes (1951)

Bündel

bundel, pakje; sein Bündel schnüren, zijn boeltje pakken; sie ist ein Bündel Nerven, zij is één bonk zenuwen.