Wat is de betekenis van bull?

2024-04-25
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

bull

(2000+) (< Eng.) (homotaal) zie citaat. • Bull: Homo met overdreven veel lichaamshaar. (www.gaysite.nl) • Gemiddeld is de gym rat vijfendertig jaar oud. Hij heeft eigenlijk maar één aspiratie in zijn leven:hij wil erg graag een bull worden. Een bull of sportschoolgorilla is een erg gespierde en afgetrainde man...

2024-04-25
Blockchain woordenboek

Redactie Ensie (2021)

Bull

bull is een cryptobelegger met een positief sentiment, die verwacht dat de koersen zullen stijgen. Tegenovergestelde van een bear.

2024-04-25
Woordenboek van Neologismen

Marc de Coster (1999)

Bull

Bull - (Eng.), verkorting van bullshit ‘onzin, nonsens’. Informele Jeugdtaal. ‘Dat Death Metal alleen voor boeren is, is echt bull,’ zegt Robbie. Nieuwe Revu, 17-11-93

2024-04-25
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Bull

[Eng.] 1 stier; John Bull [naar een fictief personage dat voor het eerst voorkomt in 1712 in een pamflet van John Arbuthnot dat later werd herdrukt als The history of John Bull] verpersoonlijking van Engeland; 2 (verkorting van bullshit, z.a.) larie, onzin.

2024-04-25
Woordenboek Engels (EN-NL)

Dr. F.P.H. van Wely (1951)

Bull

I stier; mannetje [v. olifant ]; bull’s-eye; haussier, (pauselijke) bul, (Irish) bull, een bewering, die een aardige tegenstrijdigheid bevat; II mannetjes-; stieren-; hausse-; III a la hausse speculeren; de koersen opdrijven; IV a la hausse kopen.

2024-04-25
Encyclopedie voor Iedereen

John Kooy (1933)

Bull

→ John Bull.

2024-04-25
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Bull

Francis, Noors litteratuurhistoricus, *4.10. 1887 Christiania, ♱1974 Oslo. Buil was hoogleraar Scandinavische letterkunde in Oslo, gespecialiseerd in de 16e eeuw (humanisme), de 18e eeuw (Holberg) en het einde van de 19e eeuw (vooral Bjørnson). Zijn werk heeft een sterke cultuurhistorische inslag. Hij werkte o.a. mee aan de grote Norsk Litte...

2024-04-25
De vreemde woorden

Fokko Bos (1914)

bull

bull - m., domme streek; een speculant op rijzing te Londenof New-York; „John Buil”,spotnaam voor Engelschman.

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-25
Wink's vreemde woordenboek

dr. Jan Romein (1906)

Bull

m. Eng. (= stier), speculant à la hausse.