buitmaken
buitmaken - Werkwoord 1. (ov) met geweld in beslag nemen ♢ De piraten hadden een Iraans schip buitgemaakt. Woordherkomst samenstelling van buit en maken Verwante begrippen behalen, beroven, kopen, krijgen, plunderen, roven, stropen, verkrijgen, verwerven, erin slagen om