Wat is de betekenis van Buis (vaartuig)?

2024-04-25
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Buis (vaartuig)

Buis (vaartuig) - het oudst bekende vaartuig, dat uitsluitend, voor haringvangst werd gebezigd. Thans bestaat geen enkel dezer vaartuigen meer en herinneren nog. alleen sommige uitdrukkingen en zaken aan deze vaartuigen; bijv. „buisjesdag” (16 Juni) te Vlaardingen, de dag, waarop de haringvloot uitzeilde. Lit.: A. Hoogendijk Jz., De Gro...

2024-04-25
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

buis (vaartuig)

v. (buizen) Veroud. platboomd vissersvaartuig inz. voor de haringvangst : haringbuis.

2024-04-25
Woorden en uitdrukkingen verklaard

Dr. C.H. PH. Meijer (1919)

Buis (vaartuig)

mnl. buusse, buche, buse, benaming voor een kielvaartuig met breeden boeg en ruimen buik, waarvan de kop van het roer overtimmerd is met een halfronde bedekking; vooral in : haringbuis. Waarschijnl. één met buis, langwerpig hol voorwerp, mnl. buse, waarvan de herkomst onzeker is. Voor den overgang van bet. verg. fluit, muziekinstr., d...