buigen
buigen - Werkwoord 1. (ov) krommend vervormen ♢ Hij boog het ijzer. 2. (inerg) een buiging maken ♢ Hij boog diep bij de begroeting van de hoge gast. 3. (refl) zich ~ over: aandacht besteden aan iets ♢ De regeringen...
Wiktionary (2019)
buigen - Werkwoord 1. (ov) krommend vervormen ♢ Hij boog het ijzer. 2. (inerg) een buiging maken ♢ Hij boog diep bij de begroeting van de hoge gast. 3. (refl) zich ~ over: aandacht besteden aan iets ♢ De regeringen...
Muiswerk Educatief (2017)
buigen - onregelmatig werkwoord uitspraak: bui-gen 1. het krom maken ♢ hij buigt het ijzer met een tang 1. het is buigen of barsten [als je niet toegeeft zul je daar spijt van hebben] ...
Jan Luitzen (2008)
(onov ww; boog; is gebogen) SP - van de gewone (gewoonlijk rechte) stand, houding of richting afwijken; buigen, je lichaam vouwen, is een van de basistechnieken van het bewegen en de gymnastiek.
Getty Research Institute (1990)
buigen - Op specifieke punten draaien, duwen of met kracht drukken met als doel hoekige of gebogen vormen te creëren.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: