Wat is de betekenis van broodwinning?

2025-06-14
Prisma Nederlands Fries

Schrijver op Ensie

2025-06-14
*PREMIUM* Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2025-06-14
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Broodwinning

v. (-en), beroep, vak, zaak waarmee men de kost verdient, die een voldoend bestaan oplevert: die zaak is geen broodwinning, maar een geldwinning, men kan er rijk in worden.

2025-06-14
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

broodwinning

broodwinning - Zelfstandignaamwoord 1. het werk waar iemand zijn geld (kost) mee verdient Toen schrijven haar broodwinning werd, bleef ze zichzelf ook het liefst verbergen. Als ze hard genoeg werkte, zou ze dat schrijven over ‘ik’ uiteindelijk wel kunnen verdienen. Tot die tijd moest ze zich in de ou...

2025-06-14
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

broodwinning

nering, beroep.

2025-06-14
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Broodwinning

s., breawinning, brea (it), kostwinning; iem. in zijnbenadelen, immen de breakoer omskoppe.

2025-06-14
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2025-06-14
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

broodwinning

v. broodwinningen (nering, bedrijf, beroep, zaak, waarvan iem. leeft).

Wil je toegang tot alle 11 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-06-14
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

broodwinning

v. (-en) 1. Eig. het brood winnen. 2. Metn. dat waarmee men zijn brood verdient: zijn zoeken in de kunst. Syn. → bestaan.