Wat is de betekenis van breuk?

2024-04-25
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

breuk

Het begrip breuk heeft 9 verschillende betekenissen: 1) het breken. het breken van iets, waarbij de samenhang geheel of slechts gedeeltelijk verbroken wordt; het breken. 2) zichtbare scheiding of opening. zichtbare scheiding of opening in of op een gebroken voorwerp; barst; gat; spleet; scheur. 3) botbreuk. verbreking van de...

2024-04-25
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

breuk

breuk - Zelfstandignaamwoord 1. (wiskunde) de uitkomst (quotiënt) van een deling van twee of meer gehele getallen Irrationale getallen zoals pi zijn geen breuk en kunnen ook niet als breuk geschreven worden 2. een gebroken gedeelte van een object Je kon heel goe...

2024-04-25
Woordenlijst leerling en leerkracht

WizWijs (2017)

breuk

Een breuk is de uitkomst van een deling van twee of meer hele getallen. Kenmerkend is de schrijfwijze met behulp van een deelstreep. Het getal boven de streep heet de teller, het getal eronder de noemer. Er wordt onderscheid gemaakt tussen ‘echte’ en ‘onechte’ breuken. Bij een echte breuk is de teller kleiner dan de noemer (bijvoorbeeld 1/4). Zo’n...

2024-04-25
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

breuk

breuk - zelfstandig naamwoord 1. een kapotte bot in je lichaam ♢ de breuk in haar arm genas snel 1. het is tot een breuk gekomen tussen hen [de vriendschap is verbroken] 2. je l...

2024-04-25
Jargon & Slang van Politici

Marc De Coster (2017)

Breuk

Breuk - eufemisme voor een kabinetscrisis.

2024-04-25
Dokterswoordenboek

Jannes van Everdingen en Arnoud van den Eerenbeemt (2010)

breuk

Zie (ook) botbreuk, hernia, liesbreuk, littekenbreuk, middenrifbreuk, navelbreuk, rughernia

2024-04-25
Brekend Nieuws Woordenboek

Rik Schutz (2007)

breuk

Ontleend aan Engels break = onderbreking Als je even een breuk wilt in je werk, als je wilt afkoppelen, opladen en weer aankoppelen, is twee tot drie maanden precies goed. (2001)

2024-04-25
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

breuk

(de, -en) vroeger om de hals gedragen ketting met meestal zilveren platen, vooral van een gildendeken.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-25
Vloeken lexicon

Prof. dr. P.G.J. van Sterkenburg (1997)

breuk

Tijdens de viering van Leidens Ontzet op 3 oktober 1998 raakte een deelnemer aan de festiviteiten zo opgewonden dat hij een commissaris van de Optochtcommissie het volgende toevoegde: ik mag lije datje een gecompliceerde breuk krijgt, van je navel tot je reet! Iemand een breuk toewensen waarbij het gebroken bot door de huid naar buiten steek...