Wat is de betekenis van bonjer (ruzie)?

2024-04-25
Boevenjargon

Professor Henry Roskam (1949)

bonjer (ruzie)

ruzie; schuld. Je moet nodig nog bonjer tegen me maken. Ik heb nooit bonjer met hem gehad. Hij gooide de bonjer op mijn. Hij legde mij alle bonjer in de schoenen, hij gaf mij overal de schuld van.