bommel
bommel - Zelfstandignaamwoord 1. boomgaard ♢
Walter De Clerck (1981)
Stoptrein, boemeltrein. Samen met een dorpsgenoot beklom ik vanochtend het hommeltje, BOON 1977, 105. Sam.: bommeltrein (Met een bommeltrein reden ze langs al de kleine dorpen die bij Roza zoveel herinneringen opriepen, Vrouw en Wereld juli/aug. 1976, p. 33).
Dankers en Verheul (1965)
Cornelius Richardus Antonius van (1790-1852) Nederlands r.-k. geestelijke, o.a. stichter van het seminarie te Hageveld (1817). Sloot zich onder invloed van Lamennais aan bij de oppositie tegen koning Willem I in de Zuidelijke Nederlanden. Bisschop van Luik (1829). Actief betrokken bij de opstelling van de Belgische grondwet en voorstander van vrij,...
Prof. dr. J.C. Groot (1955)
Cornelius Richardus Antonius van (1790-1852), bisschop van Luik, werd in 1816 priester gewijd te Munster. In 1817 kocht hij met zijn studiegenoot Van Wijckerslooth uit eigen middelen het buiten „Hageveld” te Velsen en richtte dit in als klein-seminarie voor Holland en Zeeland. Van Bommel werd eerste regent. Toen Willem I in 1825 na de o...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: