bokkig
bokkig - Bijvoeglijk naamwoord 1. onhandelbaar, onwillig, tegendraads, tegenstrevend, dwars, eigenwijs, recalcitrant 2. bronstig Woordherkomst afgeleid van bok met het achtervoegsel -ig
Wiktionary (2019)
bokkig - Bijvoeglijk naamwoord 1. onhandelbaar, onwillig, tegendraads, tegenstrevend, dwars, eigenwijs, recalcitrant 2. bronstig Woordherkomst afgeleid van bok met het achtervoegsel -ig
Muiswerk Educatief (2017)
bokkig - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: bok-kig 1. wie zich verzet tegen wat anderen willen ♢ bokkig weigerde Robby te doen wat de meester van hem vroeg Bijvoeglijk naamwoord: bok-kig ... is bokkiger dan ......
Veerman (1954)
is een in N.Holland voorkomende term, welke gebezigd wordt in de Koolstreek. Bokkige kool is kool, welke te lijden heeft gehad van de vorst, daarbij inwendig bevroren is geweest en daarna van binnen uit is begonnen te rotten.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: