bogen
...
Wiktionary (2019)
bogen - Werkwoord 1. (inerg) ~ op: erkenning opeisen voor iets ♢ Hij boogde op zijn aanzienlijke kennis van zaken. bogen - Werkwoord 1. meervoud verleden tijd van buigen ♢Wij bogen ♢Jullie bogen ...
Rijksdienst voor het cultureel erfgoed (2019)
Bouwelementen, over het algemeen gebogen, die een opening overbruggen en verticale belastingen overdragen naar weerskanten van die opening, als ook bouwelementen of vrijstaande constructies die op bogen lijken of bouwkundig zo worden behandeld. (AAT-Ned)
Muiswerk Educatief (2017)
bogen - regelmatig werkwoord uitspraak: bo-gen 1. er trots op zijn ♢ hij kan erop bogen dat hij de beste van de klas is Regelmatig werkwoord: bo-gen ik boog jij/u boogt ...
Dr. H. W. J. Kroes (1951)
(ook: Bögen), boog; strijkstok; handboog; ein Bogen Papier, vel(letje) papier; in Bausch und Bogen, bij de roes, voetstoots, en bloc; den Bogen heraushaben, er achterlijn; ein Buch von 10 Bogen, een boek van 10 vel (160 blz.).
Van Dale Uitgevers (1950)
(boogde, heeft geboogd), 1. bluffen, roemen, stoffen op: op zijn afkomst bogen; hoog opgeven van: op zijn ervaring bogen. 2. dankbaar prijzen; trots, prat zijn op iets: waar Bloemendaal op keur van bloemen boogt. 3. (w. g.) vertrouwen stellen in, steunen; — (gew.) vliegers oplaten.
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: